vrijdag 22 april 2011

De loondispensatie en het bestuursakkoord over de samenvoeging van Wajong, bijstand en Sociale werkvoorziening.

Gisteren werd bekend gemaakt dat de lagere overheden een akkoord bereikt hebben met de regering over de uitvoering van structurele bezuinigingen van in totaal 1,8 miljard per jaar, waarvan tijdens deze regeerperiode 825 miljoen gerealiseerd moet worden. Onderdeel van het plan is de uitvoering van de samenvoeging van Wajong, bijstand en sociale werkvoorziening. Deze samenvoeging moet een aanzienlijk deel van de bezuinigingen opleveren. Over hoe de nieuwe regeling, die Wet Werken Naar Vermogen (WWNV) wordt genoemd, eruit komt te zien wordt in het akkoord weinig gezegd. Men merkt slechts op dat de polisvoorwaarden (toetredingsvoorwaarden en andere om in aanmerking te komen voor de regeling) een kwestie van het Rijk is, waarin de gemeenten, provincies en waterschappen geen zeggenschap hebben. Wel worden uitgangspunten geformuleerd voor de uitvoering van de nieuwe wet door de gemeenten. Nu al loopt er in 32 gemeenten een proef met de zogenaamde loondispensatie, tewerkstellen van werklozen met een arbeidshandicap waarbij de werkgever minder dan het minimumloon mag uitbetalen en de gemeente dit vanuit de bijstand aanvult tot iets boven het bijstandsminimum. De doelgroep in deze pilot is beperkt: mensen moeten een duurzame arbeidshandicap hebben, binnen bepaalde grenzen wat betreft de mogelijke arbeidsproductiviteit. Iemand die tijdelijk arbeidsongeschikt is, of een loonwaarde heeft boven de 80% van het minimumloon komt niet voor de proef in aanmerking. In de eerste plaats is in het bestuursakkoord afgesproken dat de loondispensatie (werken beneden het minimumloon voor werklozen met een arbeidshandicap) integraal onderdeel zal uitmaken van de nieuwe WWNV, waarbij de doelgroep wordt uitgebreid. Werklozen met een arbeidshandicap die tot 100% van het minimumloon voor hun werkgever kunnen terugverdienen komen in aanmerking. In de tweede plaats is een herstructureringsfonds afgesproken van 450 miljoen. De gemeenten moeten de bezuinigingen die het Rijk oplegt doorvoeren in de WSW, bijstand en vooral de korting op de re-integratiegelden betekent, dat de gemeenten moeten omschakelen naar minder voorzieningen en begeleiding. Als algemene lijn in het akkoord hebben regering en gemeenten afgesproken, dat de gemeenten aanzienlijke beleidsvrijheid krijgen bij de uitvoering van de nieuwe WWNV.

Grondslag van het akkoord.

Over de onderhandelingen werd door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) af en toe wat naar buiten gebracht. Daarbij werd duidelijk, dat vooral de bezuinigingen op de WSW een groot struikelblok waren, maar ook gaven de gemeenten aan, andere bezuinigingen moeilijk te kunnen doorvoeren zonder een kaalslag in allerlei voorzieningen en begeleiding. Over dit punt is lang onderhandeld. De gemeenten voelden zich voor het blok geplaatst om iets uit te moeten voeren wat onuitvoerbaar was. Hoe is men eruit gekomen? Hiervoor moeten we de nieuwe loondispensatie en het 'herstructureringsfonds" erbij betrekken. De doelgroep van de loondispensatie is aanzienlijk uitgebreid, hoewel in sommige publicaties wordt aangegeven, dat de regering eigenlijk tegen uitbreiding van die doelgroep was. Maar de gemeenten hebben er in de onderhandelingen sterk op aangedrongen. Waarom? In feite komen op basis van de afspraken ook mensen, die gezond zijn van lijf en leden voor de tewerkstelling met behulp van ontduiking van het minimumloon in aanmerking. De gemeenten kunnen deze mensen, die beneden het minimumloon krijgen uitbetaald, inzetten voor belangrijke taken, die niet wegbezuinigd kunnen worden of waarvan men wil dat ze blijven bestaan. De ambtenaren die deze taken nu verrichten kunnen ‘afvloeien'. Dit plaatst ook het 'herstructureringsfonds' dat in de langdurige staart van de onderhandelingen op tafel kwam, in een bepaald daglicht. Gemeenten kunnen hieruit het afvloeien van reguliere ambtenaren en de opleiding van de nieuwe arbeidskrachten tijdelijk financieren. Op deze wijze kunnen gemeenten nog aanzienlijke bezuinigingen doorvoeren, in overeenstemming met de eisen van de regering, en toch voorzieningen in stand houden en zelfs geld overhouden voor groepen met een wat grotere arbeidshandicap, waarbij het relatief duur is om ze in te zetten. Anders gezegd: de gemeenten denken grote besparingen te kunnen realiseren door op grote schaal reguliere arbeidskrachten (ambtenaren met een normaal salaris) te vervangen door werklozen met een hoge arbeidsproductiviteit, die een loon krijgen beneden met wettelijk minimum, aangevuld met een toeslag uit de nieuwe WWNV. De besparingen kunnen groot zijn. Nu nog moet de gemeente en 1 ambtenaar betalen, en 1 bijstandsgerechtigde, die gezond is en niet aan de bak komt. In het nieuwe systeem hoeft alleen loon beneden het wettelijk minimum aan 1 persoon betaald te worden met een toeslag uit de WWNV. Bovendien krijgen de gemeenten een grote beleidsvrijheid. Dit maakt het mogelijk geld 'uit de markt' te halen. Nu al worden in de WSW mensen met een grote arbeidshandicap vervangen door mensen, die in feite langdurig werklozen zijn, maar die nog wel een behoorlijke arbeidsproductiviteit hebben. Op die manier kunnen producten en diensten worden geleverd die gewoon in de markt gezet worden en daar verdient de gemeente geld mee.

Reacties op het akkoord

Gisteren kwam een stroom van reacties los op het akkoord. Groen Links riep op het eerste gezicht heel flink dat de gemeenten het nieuwe akkoord moeten boycotten. Bij lezing van de reactie en van de Partij van de Arbeid blijkt echter, dat de partijen met zoveel woorden akkoord gaan met de systematiek van de loondispensatie. Er moet alleen minder bezuinigd worden. De partijen voeren daarbij als argument aan, dat er geen geld zal zijn om mensen op grote schaal te blijven begeleiden in allerlei werkprojecten en daarmee worden die mensen in de steek gelaten. Maar zoals we hierboven zagen, kunnen de gemeenten grote besparingen doorvoeren. Het is dan ook de vraag of er geen geld zal zijn om een geavanceerd disciplineringsysteem voor werklozen en werkenden aan de onderkant van de arbeidsmarkt op te tuigen. (werken beneden het minimumloon met een bijstandachtige aanvulling waar je tot in lengte van dagen op bent aangewezen en waarbij dit bijstandsregiem allerlei disciplinaire voorwaarden kent die de mensen rechteloos maken). De systematiek en de denkrichting van het bovengeschetste akkoord liggen vast, daar zijn vrijwel alle politieke partijen het eens. Alleen zal er nog gesteggeld worden over de mate waarin en de schaal waarop dit systeem wordt ingevoerd. De oppositie wil wat meer geld om ook mensen met een wat grotere arbeidshandicap te kunnen blijven 'activeren' en wil op minder grote schaal ambtenaren vervangen door nieuwe arbeidskrachten. Onderhandelingen daarover zullen ook gevoerd moeten worden met de vakbonden, want het is de vraag of de ambtenaren zich op grote schaal naar de slachtbank laten voeren. Wellicht dat bij de discussies die nu komen een zekere uitbreiding van het tijdelijke 'herstructureringsfonds' zal worden gerealiseerd, zodat er een beperkte (financiƫle) ruimte ontstaat voor de gemeenten om met de vakbonden te onderhandelen over de gevolgen van het bestuursakkoord voor oude en nieuwe arbeidskrachten. Deze onderhandelingen zullen echter pas op gang komen als de politieke besluitvorming over dit bestuursakkoord is afgerond en de gemeenten beginnen met de uitvoering ervan, waarbij ze kunnen zeggen dat ze met de rug tegen de (financiƫle) muur staan.

Piet van der Lende

Geen opmerkingen:

Een reactie posten